Informatie over kraakbeenaandoeningen
Er zijn verschillende aandoeningen waarbij kraakbeen een rol speelt. Zo kan er sprake zijn van artrose (slijtage) of van irritatie van het kraakbeen.
Kraakbeenklachten komen vaak voor op 1 plaats van het lichaam.
Om u enig inzicht te geven in deze problematiek en wat Animoo voor u kan betekenen, volgt hieronder enige uitleg.
Elk gewricht bestaat uit botten die beschermt worden door een laagje kraakbeen. Het gewrichtskraakbeen bestaat uit cellen en vezels die in een gelei-achtige substantie liggen. Deze cellen produceren verschillende soorten eiwitten en enzymen die zorgen voor de instandhouding van de kraakbeen structuur. Om dit kraakbeen zo optimaal mogelijk te laten functioneren moeten er een aantal voorwaarden aanwezig zijn. Er zijn 4 peilers waarop kraakbeen berust, namelijk Bewegen, Belasten, Regelmaat en Tijd (B.B.R.T.).
Kraakbeen werkt als een soort spons. Bewegen is essentieel voor de juiste sponswerking van het kraakbeen. Door het gewricht te bewegen, haalt het zijn voeding uit het omliggende vocht en zwelt letterlijk op! Op het moment dat het gewricht belast wordt, wordt het laagje kraakbeen op die plek dunner. Zodra de belasting weg is, wordt het kraakbeen weer dikker. U kunt zich voorstellen dat wanneer een gewricht niet bewogen wordt de sponswerking niet goed functioneert. Statische houdingen zoals lang in 1 houding ligen of staan, klachten kunnen geven.
Kraakbeen is levend weefsel; er worden cellen aangemaakt en afgebroken. Indien kraakbeen minder van kwaliteit is, betekent dit dat er relatief meer cellen afgebroken dan aangemaakt worden. Deze aanmaak kan gestimuleerd worden door te belasten onder invloed van de zwaartekracht (dus geen zwemmen!). Deze belasting moet langzaam opgebouwd worden en om kleine details draaien.
Kraakbeen is te beïnvloeden door regelmatig te belasten (oefenen). Net als bij een sporter die beter wil presteren, betekent dit dat er continuïteit in het oefenen/trainen moet zijn.
Beïnvloeden van kraakbeen kost tijd; 6-8 weken is een start!.
Bovengenoemde factoren kunnen dit proces optimaliseren, echter niet versnellen.
Zoals uit bovenstaande blijkt, zijn er meerdere factoren die invloed hebben op de kwaliteit van kraakbeen. Het vreemde van kraakbeenproblemen is dat er grote afwijkingen kunnen zijn zonder dat iemand daar klachten van ervaart, of andersom. Kraakbeen kan snel reactie geven als er dingen gedaan worden die nieuw zijn of al een tijd niet meer gedaan zijn. De opbouw kan daardoor om zeer kleine details draaien. Het kan voorkomen dat iemand zonder problemen 15 minuten kan wandelen maar bij 20 minuten klachten krijgt. Dit kan 2 oorzaken hebben; of de 20 minuten zijn te zwaar of het kraakbeen is niet gewend om 20 minuten te wandelen. Om daar achter te komen is het verstandig om de deze belasting ongeveer 1,5 week met regelmaat vol te houden. Worden de klachten minder, dan zijn het gewenningsklachten geweest. Worden de klachten per keer meer, dan is de belasting te veel geweest. Belangrijk is dan dat het wandelen niet gestaakt wordt maar er in plaats van 20 minuten bijvoorbeeld 16 minuten gewandeld wordt. Dit principe zal zich steeds afspelen als de belasting verandert.
Na een intake zal met u besproken worden wat in de situatie van uw huisdier de beste oplossing is. Afhankelijk van de aard en ernst van de klachten kan dit variëren van een enkele behandeling waarin advies op de voorgrond staat, tot een actief oefenprogramma van maximaal 3 maanden. Het doel hiervan is enerzijds te komen tot een betere belastbaarheid, anderzijds u inzicht te geven in de consequenties van kraakbeenproblematiek in de situatie van uw huisdier.
Om ook op de langere termijn te kunnen profiteren van de verbetering van de klachten, is het noodzakelijk dat uw huisdier actief blijft om herhaling van deze klachten zoveel mogelijk te voorkomen.